Onderwijs
Leerlingen
  • Jij telt!
  • Begeleiding
  • Praktische informatie
Ouders
  • Begeleiding
  • Denk mee
  • Praktische informatie
Groep 7 & 8
Inschrijven brugklas

door Tristan

Alles gaat naar de Stoïcijnen

In het oude Athene is net het vonnis uitgesproken over Socrates: hij is veroordeeld tot de gifbeker voor het "opruien van de jeugd". In werkelijkheid probeerde hij de jeugd zijn denkmanier te leren - een denkmanier die nog altijd veel bewonderd wordt. De hoge lieden in de stadstaat Athene zagen deze nieuwe denkmanier echter als een bedreiging: ze dachten dat Socrates de jeugd tegen het regime wilde opzetten. Maar hoe slecht en onrechtvaardig Socrates ook behandeld werd, hij weigerde om zich tegen zijn straf of het onrechtvaardige systeem dat hem die straf had gegeven te verzetten. Toen zijn vrienden hem wilden helpen ontsnappen, weigerde hij dan ook. Want voor Socrates was één ding heel belangrijk: een regime is zoals het is, en dat moet je niet proberen te veranderen.

Niet lang na dit voorval ontstond in Athene een nieuwe denkstroming, die gedeeltelijk op Socrates' ’ideeën gebaseerd was: de Stoa van Zeno van Citium. Het stoïcisme is een denkstroming die door de eeuwen heen altijd een zekere populariteit heeft genoten; in het Romeinse Rijk maar ook in onze eigen tijd. Filosoof Lammert Kamphuis beschrijft het in een interview als een "medicijndoos". Hij beschrijft dat de leer van de stoïcijnen rust moet brengen in je hoofd. En hoe moet dat? Door alles om je heen te accepteren, precies zoals Socrates deed toen hij de gifbeker moest drinken. Maak je niet te druk over dingen, en creëer daarmee innerlijke rust.

Niet lang geleden had ik een situatie waarin ik zelf niet bepaald stoïcijns reageerde. Bij de geschiedenisles liet de lerares een foutieve kaart zien van het Ottomaanse Rijk. Ik besloot dit aan te kaarten, en na een korte discussie met een koppige lerares gaf ze me gelijk, en veranderde de kaart in haar presentatie. Uiteraard had ik hier stoïcijns kunnen reageren, en die kleine fout kunnen accepteren. Waarom besloot ik dit niet te doen? Omdat ik het belangrijk vond dat mijn klasgenoten goede informatie kregen. Want dat is het probleem met alle passieve denkrichtingen (zoals dus ook het stoïcisme): als je alles om je heen maar accepteert, hoe moet er dan ooit verbetering komen? Hoe moeten de mensheid en deze wereld vooruitkomen als iedereen alleen maar alles accepteert zoals het is? Ik vind dat je je juist druk moet maken over dingen, zelfs als je denkt er geen invloed op te hebben. Als de realiteit niet is zoals die zou moeten zijn, dan moet je er tegenin durven gaan. De conservatieven en neoliberalen verkondigen al jaren dat je de maatschappij niet moet veranderen, en gewoon moet accepteren hoe alles zit. Maar hoe gaan we dan grote problemen oplossen? Hoe gaan problemen als klimaatverandering, armoede, hongersnood en al die andere problemen waar mensen mee kampen oplossen als iedereen de werkelijkheid maar accepteert zoals ze is? We kunnen toch niet toestaan dat de slachtoffers van al deze problemen moeten accepteren dat zij slachtoffer zijn?

Op school kwam Bram Scharpach ons vertellen over het stoïcisme, en ook hij benadrukte het verband tussen het neoliberalisme en de leer van de Stoa. Ik vond het mooi hoe hij ons vertelde dat "onze school het stoïcisme als onderwerp gebruikt om de leerlingen stil te houden". Uiteraard bedoelde hij het als grap, maar het inspireerde me zeker tot mijn huidige houding tegenover het stoïcisme. Het lijkt bij het stoïcisme alleen maar om het individu te draaien: "als het goed gaat met jou, wat maakt het uit hoe het met anderen gaat?" lijkt een beetje het motto te zijn. Kijk niet naar de stoïcijnen voor advies, zou ik zeggen, want onze maatschappij is al zo individualistisch. We moeten juist openstaan voor de wereld om ons heen, juist ingaan tegen instituten die onrechtvaardig zijn, zelfs al deed een beroemde filosoof als Socrates dat niet. Als we zo passief en accepterend zouden worden als het stoïcisme ons adviseert, dan gaan we een trieste toekomst tegemoet. Zoals mijn klasgenoot Imme de Boer eens zei: 'Dan gaat alles naar de stoïcijnen'.